dinsdag 30 september 2008

Become


Become:
You have to give up
being what you once were
to become a beautiful butterfly

dinsdag 16 september 2008

Geloof en ongeloof

Psalm 3 is een psalm van David toen hij op de vlucht was voor zijn zoon Absalom. Hij was omringt door tienduizenden vijanden. Anderen zeggen hem dat zijn God hem niet zal gaan redden. In feite was het een hopeloze situatie. David kan geen kant uit en zit ingesloten tussen vijanden. Maar David vertrouwt op God. Hij zegt: "u bent een schild om mij heen, u bent mijn eer, u houdt mij staande."

In een hopeloze situatie is het veel makkelijker om God te verwijten wat er is gebeurd, in plaats van God blijven vertrouwen ook al begrijp je Hem niet. David maakt geen enkel verwijt naar God, maar hij blijft geloven dat God bescherming biedt.

Ik heb zelf wel eens mijn ongeloof naar God moeten belijden, toen ik door een misverstand mijn kamer had opgezegd en mijn nieuwe kamer niet kreeg. Ik geloofde niet dat God een oplossing zou geven, maar toen ik besefte hoe klein mijn geloof eigenlijk was heb ik mijn ongeloof beleden... en de volgende morgen bleek dat ik mijn oude kamer mocht houden !!

U, HEER, bent een schild om mij heen,
u bent mijn eer, u houdt mij staande.
Roep ik tot de HEER om hulp,
hij antwoordt mij vanaf zijn heilige berg.

zaterdag 6 september 2008

God is dichtbij

God lijkt soms ver weg, maar Hij is dichtbij. Hij is Immanuël = God met ons. Vroeger gingen de Israëlieten naar de tempel om daar God te ontmoeten. Daar gebeurden ook veel wonderen. In de psalmen wordt vaak gesproken van het verlangen om naar het Huis van God te gaan en God te ontmoeten (a).

Lees eens de volgende teksten:

Dit spreekt de Heer: Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en hem in hun hart schrijven. Dan zal ik hun God zijn en zij mijn volk. Men zal elkaar niet meer hoeven te onderwijzen met de woorden: "Leer de Heer kennen," want iedereen, van groot tot klein, kent mij dan al - spreekt de Heer. Ik zal hun zonden vergeven en NOOIT meer denken aan wat ze hebben misdaan. (Jeremia 31:33b-34)

Paulus schrijft aan de Korintiërs: (2 Kor 3: 3) :

"U bent zelf een brief van Christus, door ons opgesteld, niet met inkt geschreven maar met de Geest van de levende God, niet in stenen platen gegrift maar in het hart van mensen."

Wedergeboren christenen zijn kinderen van God. Zij zijn een tempel van de Heilige Geest. God is dan nooit ver weg, maar altijd dichtbij. We hoeven niet net zoals de Israëlieten vroeger naar de tempel te gaan en te offeren, want God woont in ons en Zijn wet staat geschreven in ons hart.

Jezus heeft dit voor ons mogelijk gemaakt. Hij stierf voor ons. Hij was het volmaakte Offerlam. Jezus zegt in Openbaringen 3:20 "Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand naar mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met Mij."

We hoeven alleen maar de deur te openen. Waar het om gaat is dat je reageert als je Zijn stem hoort en de deur van je hart, van je leven voor Hem opent. Als je dit doet zal God jouw leven veranderen en met zijn Heilige Geest in jou wonen. Hij zal maaltijd met jou houden. Een maaltijd is een heel persoonlijke gebeurtenis. Bij een maaltijd delen we vaak wat we meegemaakt hebben en wat ons bezighoud. Maaltijd houden wil dus zeggen vertrouwelijke omgang hebben. God is niet een God van ver weg, maar Hij wil contact met ons!


(a) Bijv. psalm 26:8 Heer, het huis waar u woont heb ik lief, de plaats waar uw glorie verblijft. Of Psalm 84:2-3 Hoe lieflijk is uw woning, Heer van de hemelse machten. Van verlangen smacht mijn ziel naar de voorhoven van de heer. Mijn hart en mijn lief roepen om de levende God.