donderdag 15 april 2010

Vrijgesproken


Als God voor ons is, wie is er tegen ons?

God kennen is het mooiste wat er is. Ik heb eens een uitspraak gelezen van iemand die zei: "God, we worden zo afgeleid". Daar kan ik volledig mee eens zijn. Er zijn zoveel situaties die mij afleiden van God. En het gevolg is stress en het idee dat mijn relatie met God niet is zoals het zou moeten zijn. Daardoor wordt voor mij de stap om gewoon ontspannen bij God te zijn veel groter, uit angst voor veroordeling. Maar waar slaat dit eigenlijk op? In Romeinen 8 staat:

Rom 8:31 Wat moeten wij hier verder over zeggen? Als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn? 32 Zal hij, die zijn eigen Zoon niet heeft gespaard, maar hem omwille van ons allen heeft prijsgegeven, ons met hem niet alles schenken? 33 Wie zal Gods uitverkorenen aanklagen? God zelf spreekt hen vrij.
God zegt hier "Er zijn geen situaties waar ik niet voor jou bent. Ik ben je advocaat. Ik verdedig je altijd, in elke situatie. De prijs is al lang betaald. Het bewijs is het kruis en je bent vrijgesproken." Is er nog oordeel? Nee, we zijn vrijgesproken. De enige die ons aanklaagt is de vijand. De vijand kan niet zoveel maar hij kan wel verleiden en ons aanklagen (zie ook Op 12:10).

De Heilige Geest overtuigt ons ook van oordeel, maar op een andere manier:
Joh 16 Wanneer hij [Heilige Geest] komt zal hij de wereld duidelijk maken wat zonde, gerechtigheid en oordeel is: 9 zonde – dat ze niet in mij geloven, 10 gerechtigheid – dat ik naar de Vader ga en jullie me niet meer zien, 11 oordeel – dat de heerser over deze wereld is veroordeeld.
Het oordeel is niet meer op wedergeboren christenen van toepassing. We zijn vrij!! En in die vrijheid moeten we gaan staan door leren nee te zeggen tegen elke gedachte die hier tegen in gaat.

maandag 5 april 2010

Iets nieuws






Zie, ik ga iets nieuws verrichten,
nu ontkiemt het – heb je het nog niet gemerkt?
Ik baan een weg door de woestijn,
maak rivieren in de wildernis.
Jes 43:19

vrijdag 2 april 2010

De Leeuw en het Lam


Jezus heeft overwonnen.
Jezus is de minste weg gegaan. Door zijn lijden bracht hij overwinning.

Jezus was sterk en was gezegend met wijsheid.
Hij zei: '‘Gelukkig wie nederig van hart zijn, want voor hen is het koninkrijk van de hemel.'

Hij is de Leeuw van Juda.
en het Lam van God.

Dit zijn een paar ogenschijnlijke tegenstellingen. Ik merk bij mij zelf dat ik vaak het eerste deel veel aandacht geef. Jezus die sterk is en heeft overwonnen. Dit is zeker waar, maar Hij was ook een man van liefde en ging de minste weg. Hij had bewogenheid voor mensen en was bereid om zijn heerlijkheid af te leggen om ons te redden. Gods koninkrijk is een koninkrijk van kracht, maar deze wordt zonder liefde niet zichtbaar.

maandag 29 maart 2010

God en je partnerkeuze

Hoe moeten het onderwerp partnerkeuze als christen behandelen?


Matteus 19:4-6 maakt duidelijk dat Jezus de standaard voor het huwelijk hanteert die wordt genoemd in Genesis:
“Toen kwamen er Farizeeën op hem af om hem op de proef te stellen. Ze vroegen: ‘Mag een man zijn vrouw om willekeurig welke reden verstoten?’ Hij zei: ‘Hebt u niet gelezen dat de schepper de mens bij het begin (NBG: in den beginne) mannelijk en vrouwelijk heeft gemaakt? En Hij vervolgde: ‘Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich hechten aan zijn vrouw, en die twee zijn niet langer twee maar één.

Nu kan je natuurlijk denken dat tegenwoordig dit niet meer geldt, omdat het gewoon niet reëel is, kijk maar naar het aantal scheidingen. De farizeeën vroegen dan ook: ‘Waarom schreef Mozes voor dat mensen mochten scheiden?’ Jezus antwoordt dan ‘dit komt door de hardheid van hun hart’

Matteus 19: 7-8
Toen vroegen zij Hem: ‘Waarom heeft Mozes dan voorgeschreven haar een scheidingsbrief te geven en haar zo te verstoten?’ Hij antwoordde: ‘Omdat u zo harteloos en koppig [Engels: because of the hardness of your hearts] bent, daarom heeft Mozes u toegestaan uw vrouw te verstoten. Maar dat is niet vanaf het begin zo geweest.

Hij zegt ook dat dit vanaf het begin niet zo geweest is. Dit impliceert dat vandaag de dag nog steeds de standaard voor het huwelijk van Genesis geldt. Zijn onze harten dan niet verhard? De harten van de niet wedergeboren mens wel. Maar wat gebeurt er als we wedergeboren worden? Dan gelden deze mooie teksten:

2 Kor 5:17: Daarom ook is iemand die één met Christus is, een nieuwe schepping. Het oude is voorbij, het nieuwe is gekomen.
Ez 34:26: 26 Ik zal jullie een nieuw hart en een nieuwe geest geven, ik zal je versteende hart uit je lichaam halen en je er een levend hart voor in de plaats geven. 27 Ik zal jullie mijn geest geven en zorgen dat jullie volgens mijn wetten leven en mijn regels in acht nemen.

We kunnen hieruit concluderen dat de standaard voor vandaag nog steeds Genesis is. Iedere verandering van deze standaard is slechts een concessie aan de hardheid van het niet wedergeboren mensenhart. Christenen die wedergeboren zijn een nieuwe schepping. Zij zijn niet langer onderworpen aan de heerschappij van hun oude, vleselijke natuur. Daarom is voor een christen, ook vandaag nog, de goddelijke standaard voor het huwelijk gelijk aan de standaard die God heeft ingesteld bij de schepping en die Jezus steeds heeft hooggehouden tijdens zijn tijd op aarde.

woensdag 24 februari 2010

Anderen helpen: geef je een brood of een steen?

‘Is er iemand onder jullie die zijn kind, als het om zijn kind, als het om een brood vraagt, een steen zou geven? Of een slang, als het om een vis vraagt? Als jullie dus, ook al zijn jullie slecht, je kinderen al goede gaven schenken, hoeveel te meer zal jullie Vader in de hemel dan het goede geven aan wie hem daarom vragen. Behandel anderen dus steeds zo als jullie willen dat ze jullie behandelen. Dat is hart van de Wet en de Profeten.’ Matteüs 7:9

De redenering in deze paragraaf is opvallend. Eerst wordt er gezegd dat je het goede wilt geven aan je kinderen. Maar dat kan niet altijd, je wilt geen steen geven als geen brood hebt. De Vader in de hemel kan wel voor brood zorgen als we Hem daar om vragen. Dat vragen gaat het niet over onszelf, maar wat we anderen willen geven, zodat we hen zo kunnen behandelen zoals we graag zelf behandeld willen worden.

Stel dat er iemand in je omgeving is waarvan je weet dat je hem/haar niet kan helpen. Je zou wel willen, want je wenst het goede voor hem/haar. In een vergelijkbare situatie zou je zelf immers ook zo behandeld willen worden. Maar je weet niet wat je moet zeggen tegen of doen voor die persoon, terwijl die persoon het zo nodig heeft. Dan mag je naar God gaan met de vraag: ‘Heer, ik weet dat die persoon daar mee zit en ik kan hem niet helpen. U zegt dat we mensen moeten behandelen zoals wij behandeld zouden willen worden. Schenk mij daarom mij wat ik nodig heb om hem te helpen. U bent de hemelse Vader.’ Zo kunnen we anderen behandelen als we zelf behandeld zouden willen worden. Want we willen geen dode stenen uitdelen, maar brood, levensvoedsel.

donderdag 18 februari 2010

Gevoel, prestatie en het bloed van Jezus

Hier zie je een grafiekje van het verloop van iemands prestatie voor God in een week, bijv. bidden, proberen niet zondigen en goede daden doen. Je ziet één dag waarop de subjectieve prestatiemaat erg hoog is.




Hier nog een grafiekje. Ditmaal voor gevoel. Top in het weekend en wat minder door de week. Ik denk dat deze persoon in de dalen en op de top eerder het contact heeft gezocht met God.
Nu denk je misschien al, ‘maar zo werkt het toch niet’. Nee, maar zo denken we vaak wel. Als we het idee hebben dat we iets hebben gedaan voor God ga je makkelijker bidden. En als je vrolijk bent is het misschien ook wel makkelijker (of juist niet omdat je God dan zogenaamd niet nodig hebt).


Gelukkig is voor God ons gevoel of onze prestatie niet beslissend of we contact met Hem kunnen hebben. Hij kijkt naar het bloed van Jezus. Het bloed van Jezus is onze enige grond van toegang bij God (Exodus 12:3, 1 Petrus 18-19, Romeinen 3:25), en de waarde daarvan is altijd 100%.


Hebr 9: Christus daarentegen is aangetreden als hogepriester van al het goede dat ons is toebedacht: hij is door een indrukwekkender en volmaakter tent – die niet door mensenhanden gemaakt is en niet behoort tot onze schepping – voor eens en altijd het hemelse heiligdom binnengaan, en dan niet met het bloed van bokken en jonge stieren maar met zijn eigen bloed. Zo heeft een eeuwige verlossing verworven. … Daar wij dan, broeders, volle vrijmoedigheid bezitten om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus … laten wij toetreden!

donderdag 4 februari 2010

Weet u niet dat?

1 Korinthe 3:16 Weet u niet dat u een tempel van God bent en dat de Geest van God in uw midden woont?

Allen die bekeerd zijn en geloven hebben de gave van de Heilige Geest ontvangen. Het is namelijk door de Geest dat je erkent dat Jezus Heer is. Het is dus niet de vraag of je de Heilige Geest hebt. Nee, het is de vraag of je daarvan uit leeft. Leef je vanuit het besef dat de Heilige Geest in je woont?

In het Oude Testament was de tempel de plaats waar Gods Geest woonde. Maar nu woont Gods Geest in ieder die gelooft. Daarom zijn we een tempel van de Heilige Geest. Dat geschenk is erg groot en moet met respect benaderd worden. Want wie woont in je hart? God! God zelf woont in je. Als je 5 euro op zak hebt ga je daar vrolijk mee om. Maar wanneer je tienduizend euro op zak hebt, gedraag je je wel anders.

Als je een tempel bent van de Heilige Geest ben je niet meer van je zelf, maar van God. Jezus heeft jou immers door zijn bloed vrijgekocht. Hij gaf zichzelf, daarom zijn wij ook niet meer van onszelf, maar van God. Als we tot de ontdekking komen dat we een woonplaats van God zijn, dan moet daar onze volledige overgave op volgen.

Uit "Het normale christelijke leven" van Watchman Nee:
Als we God niet het volstrekte gezag over ons leven geven, kan Hij wel aanwezig zijn, maar Hij kan zich niet krachtig openbaren. Dan wordt de kracht van de Geest tegengehouden. Leeft u voor de Here, of leeft u voor uzelf? Misschien is deze vraag nog te vaag. Vraagt God iets van u en wilt u het Hem niet geven? Is er enig punt, waarop u Hem weerstaat? Eerst wanneer alle weerstand wordt opgegeven en de Heilige Geest volledige vrijheid van handelen krijgt, kan Hij het leven van Christus in het hart van de gelovige openbaren." Zoals ook staat in Jakobus 4:5:

Denk niet dat de Schrift zonder reden zegt: De Geest die hij in ons liet wonen, eist hij geheel voor zichzelf op.